ZOEKEN

dinsdag 19 april 2011

Caro Diario: Het Italië van Nanni Moretti

Als er één regisseur is die ik mateloos bewonder dan is het de Italiaan Nanni Moretti en vooral zijn semi-autobiografische film Caro Diario uit 1993. De film bestaat uit een drieluik waarin Moretti op luchtige en humoristische wijze zijn ergernissen en kanttekeningen op de Italiaanse maatschappij deelt in de vorm van een dagboek.

Met de Vespa door Rome
In het eerste deel rijdt Moretti op een Vespa door de buitenwijken van een zomers Rome op ondermeer de muziek van Leonard Cohen’s ‘I’m your man’.  Onderweg verwondert hij zich over de architectuur uit verschillende tijdperken, bestudeert hij de dagelijkse leefpatronen van de inwoners en  geeft hij zijn mening over de hedendaagse cinema uit Hollywood. Je gaat al rijdend mee op de associatieve gedachtegang van Moretti terwijl hij schijnbaar zonder doel de straten doorkruist. De confrontaties zijn bijwijlen bevreemdend en dat is ook zijn bedoeling. Moretti wil het beeld oproepen van een alleenstaande buitenstaander die op onderzoek gaat naar de drijfveer van de dingen die hij onderweg tegenkomt. Zo vraagt hij zich bij buitenkomst van een lokale bioscoop en het zien van de film Henry, portrait of a serial killer af wie hem deze film ooit heeft aangeprezen. In een hilarische scene confronteert hij de filmcriticus met zijn zelfgeschreven recensie.

Op de Eolische eilanden
Moretti reist in het tweede deel samen met een vriend af naar de Eolische eilanden. Daar wil hij in alle rust werken aan ideeën voor een nieuwe film gebaseerd op de gekke krantenartikelen die hij jarenlang heeft bijgehouden. Maar telkens komen ze obstakels tegen die hun rust verstoren en hen noodzaken verder te reizen. Moretti en zijn vriend worden tijdens hun reis geconfronteerd met zichzelf en hun onderdrukte kwelduivels.

In het derde deel keert Moretti terug naar Rome waar hij vruchteloos zoekt naar een remedie voor een onophoudelijke jeuk die hem reeds wekenlang teistert. Hierbij neemt hij de schaamteloze dokterspraktijken op de korrel die hij door eigen ervaring aan den lijve heeft ondervonden.

Verdwenen Italië
Het is duidelijk dat Moretti op nostalgische wijze zoekt naar een verdwenen Italië. Hij is een beginnende veertiger die zichzelf en zijn gedachtegoed trouw bleef terwijl Italië verderging. Van het verroeste gedenkteken op de plaats waar Pausolini vermoord werd, over de teloorgang van het buurtleven in bepaalde wijken door misleidende mediaberichten, tot zijn eigen leeftijdsgenoten die zich onzeker en schuldig door het leven verplaatsen. De film voelt echter nooit te zwaar aan door de relativerende en humoristische kwinkslagen die Moretti in de film verwerkt. Zo verwoordt hij via zijn dagboek op intieme wijze de stem van een ‘laatste’ authentieke overblijver van een voorbije generatie.

Filmfragment






vrijdag 15 april 2011

The mummy returns

In het Brusselse Jubelparkmuseum kan je sinds mensenheugenis de mummie van de borduurster Euphemia gaan bewonderen. Lange tijd bleven er vele vraagtekens bestaan rond deze belangrijke vondst uit de Oudheid. Mieke Van Raemdonck gaf onlangs een lezing waarin ze de mythe rond de borduurster doorprikt.


Mieke Van Raemdonck is conservator aan het museum en verantwoordelijk voor de verzamelingen Islam, Christelijke Kunst van het Oosten en Koptische Textiel. Zij gaf onlangs een lezing waarin ze de mythe rond de 'borduurster' Euphemia doorprikt.

Europees project
"Door een nieuw onderzoek dat paste in een cultureel project van de Europese Commissie, 'Clothing and Identity - New perspectives on textiles in the Roman Empire', werd de mummie in ere hersteld."

"Ons doel was de band tussen identiteit en kleding in de Romeinse tijd te bestuderen. We wilden nagaan waar en wanneer kleding gedragen werd. De mummie van de borduurster Euphemia was hiervoor uiterst belangrijk. Ze is onaangeroerd wat haar kleding betreft en op internationaal gebied van goudwaarde."

"De mummie werd aan het begin van de 20ste eeuw opgegraven in de stad Antinoë in Midden-Egypte. De opgravingen gebeurden er onder leiding van de Franse archeoloog A. Gayet en de vondsten van de campagne werden tentoongesteld in het Musée Guimet in Parijs. In 1901 werden ze verkocht op een Parijse veiling waar het Jubelparkmuseum de mummie kon aankopen."

Geen borduurster
"Een eerste vaststelling van het onderzoek toont aan dat de kleding geen borduurwerk bevat. In werkelijkheid gaat het om legwerk. Dit werd vastgesteld door hartjes die in het weefsel werden verwerkt. Bij borduren wordt een motief op een reeds bestaand weefsel geborduurd. Bij legwerk wordt er daarentegen met een gekleurde draad een motief in het weefsel verwerkt."

"Als kleurstof van de hartjes werd het keizerlijk purper gebruikt. De kleurstof is erg duur en wordt verkregen via rotting van purperslakken. Alleen de allerrijksten konden zich dit veroorloven en de motieven zijn klein om geld uit te sparen. De vrouw kwam daarom uit een heel rijk milieu."

"Gayet vermeldde in zijn notities dat hij bij de mummie een versleten lijkwade vond waarop hij de naam Euphemia kon ontwaren. Jammer genoeg hebben we die niet teruggevonden. We hebben dan ook geen enkele reden om aan te nemen dat ze werkelijk zo heette."

"Het onderzoek toont verder dat de mummie vier tunica’s aanheeft. Eén tot de knieën, een andere tot de enkels, nog eentje met mouwen en een laatste die bestaat uit een mouwloos hemd."

"Bij de tunica met mouwen zien we dat die gaten heeft onder de oksels. Daar zijn de armen doorgestoken en de mouwen zijn op de armen gelegd. We hebben hiervoor twee verklaringen. Men heeft de armen na behandeling door de okselgaten getrokken omdat men moeite had ze door de mouwen te trekken. Of de mouwen werden zo gedragen. Op vroege afbeeldingen uit de islamcultuur zien we dat de mouwen vaak losjes langszij hangen.”

Datering van de mummie
“Gayet dateerde de mummie in de gnostische periode (ca 3de eeuw na Chr.) via gnostisch ivoor. We hebben ivoren voorwerpen gevonden,maar daarmee kunnen we de mummie niet dateren."

"In 1905 dook er tijdens een inventarisatie plots een munt op uit de 4de eeuw na Chr. waarmee de mummie opnieuw werd gedateerd. Aangezien Gayet er niet over spreekt, moeten we aannemen dat de munt er later is bijgehaald."

"Vandaag wordt de mummie op basis van de structuur en stijl van de tunica’s gedateerd aan het eind van de 5de tot 7de eeuw na Chr. De radiokoolstofdatering dateert ze tussen de 6de tot 7de eeuw na Chr."

"De kledingstukken die op haar liggen passen in deze datering. Het los textiel en omliggende objecten zijn van verschillende data en komen vermoedelijk uit andere graven van Antinoë.”


Jubelparkmusea


zondag 3 april 2011

Yoga en Brussel: Lezing

De menselijke maatschappij heeft me altijd mateloos geboeid. Hier zo’n dertig kilometer vandaan ligt een prachtige en kosmopolitische stad. Het kloppend hart van België en Europa: Brussel. Toen ik er tien jaar geleden journalistiek ging studeren, was ze een ware openbaring. Tal van musea en historische bezienswaardigheden wisselden elkaar af met panoramische uitzichten, parken, kronkelende straten en eindeloze boulevards. Ik hield ervan om tijdens vrije momenten rond te zwerven in Brussel en het multiculturele, dagdagelijkse leven van de verschillende wijken op te snuiven. Het werd een vertrouwde plaats waar ik een deel van mezelf  en de wereld probeerde te ontdekken.

Maar tegelijk ondervond ik toen dat Brussel ook een stad was met erg veel samenlevingsproblemen. Hoge werkloosheid onder de bevolking, tal van daklozen, veel criminaliteit en een gebrek aan goede huisvesting waren er slechts enkele. Voeg daarbij de aanhoudende taalstrubbelingen, de spanningen tussen de Brusselse leefgemeenschappen, het verval van de politieke macht en je krijgt als buitenstaander een niet zo fleurig beeld van de stad.

Onlangs las ik het boek ‘Sadhana of de realisatie van het leven’. Het werd geschreven door de Indiase schrijver Rabindranath Tagore. Hij leefde van 1861 tot 1941 en won als eerste Aziaat de Nobelprijs voor literatuur in 1913. Hij schreef vele filosofische en maatschappijkritische teksten waarin hij een voorkeur had voor het dagdagelijkse leven van de gewone man.

Verdeel en heers
‘Sadhana of de realisatie van het leven’, omvat een aantal lezingen die Tagore gaf aan zijn eigen studenten en later aan Harvard University. In één van de hoofdstukken heeft hij het over de relatie van het individu ten opzichte van het universum. Hij maakt hierin een vergelijking tussen het westen en India.

Tagore stelt dat de beschaving van Oud-Griekenland ontstond binnen stadsmuren. Die stadsmuren laten ook in moderne samenlevingen diepe sporen na in onze manier van denken. Het principe van verdeel en heers waarbij we onze veroveringen trachten te beschermen is weid verspreid.

We splitsen landen, godsdienst, talen, rassen, wetenschap, cultuur, mens en natuur. Het zorgt ervoor dat we achterdochtig zijn ten opzichte van alles wat zich achter onze verdedigingsmuren bevindt. Hierdoor is het erg moeilijk voor buitenstaanders om door deze barrières te breken.

Eén met de natuur
De Indische beschaving daarentegen ontstond volgens Tagore in de bossen. Daar was genoeg voedsel, water en natuurlijke bescherming. Zo ontstond er een harmonieuze band tussen mens en natuur. Later, toen India gecultiveerd raakte en er grote steden ontstonden, bleef men zijn inspiratie halen uit het simpele, harmonieuze leven dat de eerste stamgemeenschappen ambieerden.

Het westen lijkt er fier op te zijn dat het de natuur onder controle heeft. Alsof we in een vijandige wereld leven. In de stad kan de mens al zijn gedachten op een schijnbaar natuurlijke wijze richten op leven en werk. We beseffen daarbij niet dat de stad juist zorgt voor een verbreking tussen mens en natuur.

In India wordt de mens daarom als één geheel gezien met de natuur. Als onze omgeving vreemd voor ons zou zijn, hoe zouden we er dan mee kunnen communiceren? Het doel van de mens wordt er gelijkgesteld met dat van het universum.

In het westen wordt er echter een scheiding gemaakt tussen het leven van de mens en dat van de natuur. We onderscheiden enerzijds de mens en anderzijds het leven van de natuur dat zich openbaart via onder andere dieren, planten en bomen. Wanneer de mens zich evenwel buiten de natuur plaatst, ontstaat er een disharmonie. We proberen op allerlei artificiële manieren de balans te herstellen en falen telkens weer. Zo geven we uiteindelijk de maatschappij en de natuur de schuld van onze onvrede. De mens moet daarom volgens Tagore terug één worden en buiten zijn ommuringen treden. Alles wat hij nodig heeft, ligt er buiten.

Het leven is immens
Als in het westen het zelf over al het andere heerst, toont India daarin een andere visie. Daar ambieerde men geen wereldlijke macht. Er waren verschillende klasses, maar zelfs de koning keek op naar de rishi’s, de eigenlijke heersers. Zij die één geworden waren met het al. De verbinding met het al werd in India als ultieme doel van de mensheid beschouwd. Niet wereldlijk succes met al zijn zorgen en leed.

De kern of de kracht die in alles zit, zit ook in ons, de ziel. Totaal verenigd zijn in wetenschap, liefde, omgang met alle wezens en daardoor zichzelf realiseren in het al is de essentie van goedheid. Dat is het centrale thema van de Upanishads: Het leven is immens!

Deze eclectische boodschap tekende Rabindranath Tagore op aan het begin van de 20ste eeuw en wens ik eveneens toe aan alle inwoners van Brussel, Vlaanderen, Wallonië en de Belgische politiek.